Hier tref je de informatie van de bijscholing van 2025 aan. Gedeeltelijk staat de informatie hier. Een deel van de informatie wordt hier benoemd en deze vind je op de plek waar het thuishoort op dit platform. Zo vind je het makkelijk terug.

Enkele artikelen worden pas na 28 november geplaatst, om de verrassing voor de tweede groep te laten bestaan 😊

Onderzoek

Zoals je van ons gewend bent brengen wij een update omtrent onderzoek in 2025. Je treft een korte beschrijving met een verwijzing naar betreffend materiaal

Belangrijkste Onderzoeksthema’s en Bevindingen eenzaamheid 2025

Wereldwijd wetenschappelijk onderzoek naar eenzaamheid in 2025 focust zich op de toenemende prevalentie en de impact op de volksgezondheid, met een specifieke nadruk op jongeren. Na een piek in eenzaamheid tijdens de COVID-19-pandemie, tonen veel onderzoeken dat het niveau van eenzaamheid stabiel blijft of zelfs weer stijgt, vooral in bepaalde demografische groepen. Wereldwijd zijn de cijfers heel uiteenlopend, waarbij het opvalt dat Nederland het niet slecht doet. In Nederland is er een daling geweest, van 49 naar 46%.

Jongeren en jongvolwassenen

Onderzoek van het RIVM en andere instanties toont een zorgwekkende toename van eenzaamheid, stress en suïcidale gedachten onder jongeren. Deze trend, die al vóór de pandemie begon, wordt nu verder onderzocht om de langetermijneffecten en onderliggende oorzaken te begrijpen.

Wat wij weten: aanwijzingen voor een verband

  1. Meta‐analyse: zwak positief verband
    Een meta‐analyse met 82 studies (90 datasets, ~ 48.000 deelnemers) vond een zwak maar significant positief verband tussen het gebruik van social networking sites (SNS) en gevoelens van eenzaamheid. Het type gebruik was daarbij belangrijk: passief gebruik (zoals scrollen, kijken zonder interacteren) correleerde sterker met eenzaamheid dan actief gebruik (zoals reageren, posten). (PubMed)
  2. Social media “verslaving” of compulsief gebruik
    Onder jongeren (studenten e.d.) gaat compulsief of problematisch gebruik van sociale media samen met meer eenzaamheid, angst, depressie en de angst om iets te missen (“fear of missing out”, FoMO). (PubMed)
  3. Screenshots van interventie-studies / experimenteel werk
    In sommige studies wordt gevonden dat als mensen minder sociale media gebruiken dan hun normale niveau, hun gevoelens van eenzaamheid en depressie afnemen. (ScienceDaily)
  4. Aard van online ervaringen maakt uit
    Jongeren die online negatieve ervaringen hebben, zoals pesten (cyberbullying), online afwijzing, of die veel passief content consumeren, lijken meer risico te lopen op eenzaamheid. Positieve of sociale interacties online (bijv. chatten met vrienden, steun vinden) kunnen bufferend werken. (PubMed)
  5. Rol van moderatoren: wie en hoe gebruiken
    • Leeftijd: jongere adolescenten zijn kwetsbaarder. (system.wisacad-pub.com)
    • Karaktereigenschappen zoals verlegenheid (“shyness”) lijken de negatieve effecten te versterken. (BioMed Central)
    • Sociale ondersteuning offline, en “digitale geletterdheid” (hoe je social media gebruikt, bewustzijn van wat je ziet etc.), kunnen de nadelige effecten verminderen. (system.wisacad-pub.com)

Wat we nog niet zeker weten / waar het nog onduidelijk is

  • Causaal verband
    Veel studies zijn cross-sectioneel: op één moment meten ze zowel gebruik van social media als eenzaamheid, en vinden dan een correlatie. Maar je weet dan niet: leidt social media tot eenzaamheid, of voelen eenzame jongeren zich meer aangetrokken tot social media? Of is het een wisselwerking? Sommige langere termijn/studies met herhaalde metingen geven aanwijzingen voor beide richtingen, maar de bewijzen zijn niet overtuigend genoeg om één causale richting te bevestigen. (PubMed)
  • Grootte en relevantie van het effect
    De meeste effecten zijn klein tot matig. Het zijn vaak subtiele verschillen, en sommige studies vinden géén of zwakke verbanden wanneer je controleert voor andere factoren. Bijvoorbeeld: tijd besteed online vs. de kwaliteit van die interacties — de kwaliteit blijkt erg belangrijk. (PubMed)
  • Verschillen tussen personen, platformen, culture context
    Niet alle jongeren reageren hetzelfde op social media. Platforms verschillen (bijv. Instagram vs. WhatsApp vs. Reddit), cultureel, en per persoonlijkheid. Wat in de ene groep goed werkt (of minder slecht), kan in een andere groep veel schadelijker zijn. (PubMed)
  • Gebruiksstijl
    Actief vs. passief gebruik maakt uit. Passief gebruik (alleen kijken) brengt meer risico op negatieve gevoelens. Maar actief gebruik kan ook problematisch zijn als het vooral gericht is op vergelijken met anderen, negatieve feedback krijgen etc. (system.wisacad-pub.com)

Conclusie

Dus, samengevat:

  • Ja, er is wel degelijk wetenschappelijk bewijsmateriaal dat wijst op een verband tussen gebruik van sociale media en een toename van gevoelens van eenzaamheid onder jongeren.
  • Maar het is geen universeel, groot of automatisch effect — het hangt sterk af van hoe, hoeveel, en waarvoor sociale media gebruikt worden, plus de individuele situatie (persoonlijkheidskenmerken, sociale relaties offline, etc.).
  • Causaliteit is nog niet overtuigend vastgesteld in alle gevallen; er zijn aanwijzingen maar ook veel nuance.

Conclusie
Er is een verband tussen schermgebruik en eenzaamheid, maar de aanpak zou niet moeten zijn schermtijd verminderen, maar offline relaties verbeteren.

Wereldwijde aandacht

  • De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft een commissie opgericht voor ‘Sociale Connectie’, wat de erkenning van eenzaamheid als een wereldwijd volksgezondheidsprobleem onderstreept. Deze commissie richt zich op het ontwikkelen van strategieën om eenzaamheid en sociale isolatie tegen te gaan en de negatieve gezondheidseffecten te verminderen.
  • Nadruk op sociale verbinding zonder de gevolgen van eenzaamheid in acht te nemen, dus nog erg primitief. WHO maakt nu onderscheid tussen isolement en eenzaamheid en vraagt landen om dit apart te meten.
  • De “Eenzaamheidsepidemie” ter discussie: Hoewel er veel wordt gesproken over een “eenzaamheidsepidemie,” stellen onderzoekers dat dit een te vereenvoudigde voorstelling van zaken is. Zij pleiten voor een meer genuanceerde benadering, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen chronische eenzaamheid en tijdelijke gevoelens van eenzaamheid of bewuste keuze voor eenzaamheid. De nadruk ligt op de noodzaak van conceptuele duidelijkheid om effectieve oplossingen te vinden en te voorkomen dat normale menselijke ervaringen worden gepatologiseerd.
  • Interventies en beleid: Veel onderzoek richt zich op de effectiviteit van interventies en beleid om eenzaamheid te verminderen. Er is een groeiende focus op de rol van de fysieke en sociale omgeving, zoals de sociale cohesie in buurten en de cultuur op de werkplek, in het beïnvloeden van eenzaamheid. (Zie ook Fontys Eindhoven) Daarnaast worden er in Nederland en andere landen programma’s opgezet om de aanpak van eenzaamheid te versterken, met speciale aandacht voor groepen zoals alleenwonende ouderen, alleenstaande ouders en jongvolwassenen. Doelgoepenbeleid dus.

Europese Unie

De EU heeft een project: lonely EU, waarin ze probeert een lijn te krijgen in de aanpak van eenzaamheid, zodat niet iedereen het wiel opnieuw hoeft uit te vinden. De bijeenkomst van 1 oktober 2025 vind je hier, op de Linkedin pagina van Lonely EU : https://www.linkedin.com/company/lonely-eu/posts/

Onderzoek in Nederland

In 2025 zijn in Nederland geen belangrijke onderzoeksresultaten gepubliceerd. Zo gaf Semantic Scholar maar vier zoekresultaten, die allemaal nogal bijzonder waren. De laatste tijd komt er steeds meer aandacht voor de vraag of AI een aanpak van eenzaamheid kan genereren. Die aanpak wordt gezien als: een app kan je naar anderen toe sturen, zoals Meet, Friends etc. Wat daar mist is de begeleiding.

De “Zwemleraar”: Het ontbrekende element in veel apps. De meeste apps die live contact faciliteren, bieden de omgeving, maar geen sociale begeleiding. Ze verwachten dat gebruikers, met hun gebrek aan sociale vaardigheden of hun hyperwaakzaamheid voor afwijzing, zelf het contact leggen en onderhouden. Dit is waar het mis kan gaan.

Een persoon met sociale angst kan een boekenclub bezoeken, maar zich te ongemakkelijk voelen om een gesprek te beginnen, een fout te maken, of domme vragen te stellen. Het risico is dat ze zich alleen en onbegrepen voelen in een ruimte vol andere mensen, wat de eenzaamheid alleen maar versterkt.

Dus op dit moment zijn er geen apps die eenzaamheid echt aanpakken. Daar ligt misschien een kans voor ons: een app die je gebruikt, onder begeleiding van je specialist…

Langs de lat van Bateson

De Piramide van Dilts/Bateson is een uitstekend model om de diepte en effectiviteit van een interventie te beoordelen. We kunnen de eerder besproken apps en benaderingen in deze piramide plaatsen. De niveaus in de piramide zijn:

  • Omgeving (Waar, wanneer?)
  • Gedrag (Wat doe je?)
  • Capaciteiten (Hoe doe je dat?)
  • Overtuigingen en Waarden (Waarom doe je het?)
  • Identiteit (Wie ben je?)
  • Missie/Spiritualiteit (Waarom leef je?)

Niveau van de Interventies

  1. Omgeving
    Apps en platforms op dit niveau bieden alleen de fysieke of virtuele ruimte waar ontmoetingen plaatsvinden, zonder de gebruikers te helpen met hun gedrag of capaciteiten.

    • Voorbeeld: Veel dating- en vriendschapsapps (zoals Tinder of Bumble BFF) die voornamelijk dienen als een virtuele contactdatabase. Ze veranderen niets aan de persoon zelf, alleen de omgeving waarin ze potentiële contacten vinden. Het effect is vaak oppervlakkig en kan leiden tot ‘swipemoeheid’ omdat de onderliggende problemen niet worden aangepakt.
  2. Gedrag
    Interventies op dit niveau moedigen specifiek gedrag aan, zoals het sturen van berichten, het plannen van een afspraak of het bijwonen van een evenement.

    • Voorbeeld: Apps zoals Breeze en Bumble BFF richten zich op gedrag: ze moedigen direct afspreken aan in plaats van eindeloos chatten. De focus ligt op het ‘doen’ van een sociale activiteit. Hoewel dit effectiever is dan alleen de omgeving, veronderstelt het dat de gebruiker al de capaciteiten en overtuigingen heeft om dit gedrag vol te houden.
  3. Capaciteiten
    Op dit niveau leert een gebruiker nieuwe vaardigheden en capaciteiten aan die nodig zijn voor succesvolle interacties.

    • Voorbeeld: Apps met een therapeutisch component (zoals MindShift CBT) die CGT-oefeningen aanbieden vallen in deze categorie. Ze leren gebruikers specifieke vaardigheden, zoals het herkennen van denkfouten, het omgaan met sociale angst, of het opbouwen van communicatievaardigheden. Deze aanpak is gericht op het ‘hoe’ en is daarom veel effectiever dan alleen gedragsaansturing.
  4. Overtuigingen en Waarden
    Interventies op dit niveau richten zich op de onderliggende overtuigingen en waarden die het gedrag en de capaciteiten sturen.

    • Voorbeeld: Een app die zich richt op het veranderen van kernovertuigingen, zoals de gedachte dat ‘ik het niet waard ben om vrienden te hebben’ of ‘mensen zullen me afwijzen’. Door middel van reflectieoefeningen en positieve bekrachtiging wordt de ‘waarom’-vraag beantwoord. Hoewel dit zelden het hoofddoel is van een app, kunnen sommige therapeutische apps hier wel aan raken.
  5. Identiteit
    Dit niveau richt zich op een diepe transformatie van het zelfbeeld. Het gaat niet langer over ‘wat ik doe’, maar over ‘wie ik ben’.

    • Voorbeeld: Er zijn geen commerciële apps die dit niveau expliciet aanpakken, omdat dit een diepgaand therapeutisch proces vereist. De AI-apps die een persoonlijkheid aannemen (zoals Replika) proberen de gebruiker te helpen een identiteit te creëren in relatie tot de AI, maar dit is geen vervanging voor de diepe verandering die nodig is in de echte wereld.
      De meest effectieve apps combineren gedrag en capaciteiten. Ze bieden een veilige omgeving, moedigen specifiek gedrag aan, en leren de gebruiker tegelijkertijd de vaardigheden die nodig zijn om succesvol te zijn. Zonder deze diepere niveaus blijft de interventie vaak oppervlakkig en niet duurzaam.

Wereldwijd interessant onderzoek 2025

Hier is de link naar onderzoek via semantic scholar. Ik heb het globaal voor je geïnventariseerd. Opvallend Is dat weinig onderzoek gaat naar allerlei ideeën om eenzaamheid aan te pakken, maar vele onderzoek is gericht op het uitvinden wat eenzaamheid precies is, wie er last van heeft en hoe het zich verhodut tot andere (geestelijk) gezodheidsproblemen (comorbiditeit)

Het onderzoek naar eenzaamheid is dermate geëxplodeerd dat het niet mogelijk is om zonder meer een paar interessante publicaties te noemen, het zijn er te veel. Er zijn inmiddels meer dan tien vakgebieden die zich ermee bezig houden. Opvallend is dat er meer aandacht is voor de vraag hoe we de omgeving kunnen vormgeven om eenzaamheid te verminderen en er is meer en meer aandacht voor eenzaamheid in bedrijven. Daar ligt echt een wereld aan opties voor een specialist!

Een paar links:

https://tijdschriftvoorhrm.nl/eenzaamheid-op-de-werkvloer-een-blinde-vlek/

https://www.eentegeneenzaamheid.nl/gemeenten-en-organisaties/toolkit-voor-bedrijven-en-organisaties/een-betrokken-werkgever-zijn

https://www.zorgenzekerheid.nl/zakelijk/inzzet-bedrijfszorg/aandacht-voor-eenzame-medewerkers

https://www.vitiswelzijn.nl/vitisinbedrijf/vib-eenzaamheid

Hoog tijd om hierop in te haken en op tijd bij deze groep aan te kloppen!

Onderzoek naar eenzaamheidsinterventies (ongeveer oktober 2024 – oktober 2025)

Dit document bevat een overzicht van recente (ongeveer de afgelopen 12 maanden) wetenschappelijke publicaties over interventies tegen eenzaamheid. De nadruk ligt op systematische reviews, RCT’s en gecontroleerde evaluaties. Per bron is een korte samenvatting toegevoegd.

  1.  Hansen T., Johansen R., et al. (2025). Digital bridges to social connection: A systematic review & meta-analysis of digital interventions for loneliness and social isolation.Meta-analyse van RCT’s met digitale interventies (apps, platforms, chatbots). Conclusie: beloftevol maar heterogeen bewijs en over het algemeen kleine effectgroottes; langere follow-up ontbreekt vaak. Belangrijk citaat uit dit artikel: “the success of digital interventions depends on their ability to foster physical social contact and relationships.”
  2. Kim M., et al. (2025). Therapeutic Potential of Social Chatbots in Alleviating Loneliness. JMIR.Behandelt AI-chatbots als interventie; sommige trials tonen korte termijn vermindering van eenzaamheid en sociale angst, maar veiligheid, ethiek en afhankelijkheidsrisico’s verdienen aandacht. Anders gezegd: we hebben eigenlijk geen idee (JR)
  3. Dingle G.A., et al. (2024). A controlled evaluation of social prescribing on loneliness. Frontiers.Gecontroleerde evaluatie van social prescribing versus treatment-as-usual; zeer kleine tot matige positieve signalen voor welzijn en sociale connectie, maar afhankelijk van lokale infrastructuur en uitvoering.
  4. Yang Y., et al. (2025). AI Applications to Reduce Loneliness Among Older Adults (systematic review). Meta onderzoekOverzicht van AI-geëngageerde tools voor ouderen (robotica, chatbots, gepersonaliseerde aanbevelingen); veel studies kleinschalig — effectiviteit en acceptatie zijn nog onderwerp van onderzoek. JR: veel verschillende soorten (stemherkenning, robots, soms een mens…) Eigenlijk onvergelijkbare grootheden. Geen uniforme uitkomst. 6 van de 9 onderzochte interventies gaf (gering) positief resultaat. Niet wereldschokkend
  5. Imwinkelried M., et al. (2025). Psychological interventions for loneliness: narrative/systematic review.Recente review die cognitieve interventies (bv. CBT gericht op sociale cognities) en gecombineerde programma’s als meest consistent effectief identificeert. Langetermijneffecten vaak niet gerapporteerd. Een pleidooi voor een individuele aanpak van eenzaamheid gebaseerd op psychologische kennis. Mara ook hier weer een aanbeveling om ‘werkzame lementen’ te zoeken.
  6. Kołacz J., et al. (2025). Digital health interventions in reducing loneliness and improving mental well-being (older adults).Focus op digitale oplossingen voor ouderen; bespreekt adoptiebarrières (digitale vaardigheden), en dat blended benaderingen meer kans van slagen hebben. Conclusie: er zijn te weinig overeenkomende meetmethoden, nametingen en omvang van gegevens…
  7. Srivastava S.B., et al. (2025). From Social Isolation to Connection: A Prescription for … Frontiers in Public Health.Breed stuk over social prescribing en beleidsimplicaties; benadrukt het belang van context, gespecialiseerde link-workers en monitoring. Lees mijn blog erover op eenzaamheid.info
  8. Wilson A., et al. (2025). Social prescribing for people living with long-term conditions — scoping review.Scoping review waarin social prescribing wordt gepositioneerd als veelbelovende, maar contextgevoelige aanpak die verder gecontroleerd moet worden geëvalueerd. Anders gezegd: we weten het niet.
  9. Shankar R., et al. (2025). The Role of Social Prescribing in Alleviating Social Isolation and Loneliness in Older Adults – systematic review protocol / preprint (medRxiv).Protocol en vroege preprint voor een systematische review specifiek gericht op social prescribing bij ouderen — nuttig als overzicht van lopend bewijs en methoden.
  10. Knowledge Scotland / NHS (2025). Social Prescribing Issue (policy brief / PDF).Praktische en beleidsgerichte samenvatting van social prescribing-implementaties; handig voor beleidsaanpak en operationele stappen.
  11. Holloway J., et al. (2024). Needs of social isolation, loneliness, and intergenerational programs (scoping review). Frontiers in Public Health.Scoping review over intergenerationele interventies; toont veelbelovende resultaten maar veel studies zijn heterogeen en kleinschalig.
    Je ziet dat de onderzoeken steeds meer zijn gericht op sociaal voorschrijven (bij ons: welzijn op recept), en intergenerationeel werken, terwijl de resultaten voor eenzaamheid eigenlijk totaal niet bekend zijn. De grote overeenkomst in die recente onderzoeken naar eenzaamheidsinterventies is:

    1. Beperkte kennisopbrengst – veel studies leveren nauwelijks nieuw inzicht op in waarom interventies werken of niet werken. Ze meten vaak alleen effecten (bv. pre-post scores of korte follow-up), maar gaan niet diep in op de onderliggende mechanismen van eenzaamheid.
    2. Weinig goed opgezet onderzoek – veel trials zijn kleinschalig, niet-gerandomiseerd, of hebben methodologische beperkingen zoals hoge uitval, gebrek aan blinding of heterogene uitkomstmaten.
    3. Ontbreken van vergelijkbaarheid – interventies zijn vaak uniek in context, duur, doelgroep en uitvoering, waardoor meta-analyse of systematische vergelijking moeilijk is. Het is bijna alsof iedere onderzoeker zijn eigen “framework” bedenkt, zonder echt voort te bouwen op eerder bewijs.

Kortom: er is wel veel activiteit, veel publicaties en mooie intenties, maar relatief weinig solide, herhaalbaar bewijs dat ons echt helpt te begrijpen wat werkt, voor wie, en waarom.

Dit jaar speciaal aandacht voor de invloed van Ai op het ontstaan van eenzaamheid en de toepassing van AI in de aanpak van eenzaamheid. Waar staat de kennis nu?

De PDF van de presentatie volgt na 28 november.

Er zijn op dit moment diverse AI-toepassingen beschikbaar om mensen te helpen bij het omgaan met eenzaamheid. De meeste van deze toepassingen werken als digitale ‘gezelschap’ en dienen als hulpmiddel, maar zijn geen vervanging voor echt menselijk contact.

De meest voorkomende toepassingen zijn:

  1. AI-gestuurde chatbots en virtuele metgezellen

    Dit zijn de bekendste voorbeelden. Deze AI-systemen zijn ontworpen om een gesprek te voeren en een gevoel van verbondenheid te creëren. Ze kunnen luisteren, vragen stellen en onthouden wat een gebruiker vertelt.

    • Replika: Dit is een van de bekendste AI-gezelschaps-apps. Gebruikers kunnen een virtuele ‘vriend’, ‘partner’ of ‘vertrouwenspersoon’ creëren. De chatbot leert van de gesprekken en past zich aan de persoonlijkheid van de gebruiker aan. Het doel is om een band op te bouwen die aanvoelt als menselijk contact.
      Ik heb Replika uitgedaagd.
    • Character.AI: Dit platform biedt gebruikers de mogelijkheid om te communiceren met duizenden chatbots die specifieke persona’s nabootsen, van beroemdheden en historische figuren tot denkbeeldige personages. Hoewel het niet primair is ontworpen om eenzaamheid te bestrijden, gebruiken veel mensen het om een vorm van sociale interactie en gezelschap te vinden.
    • ChatPal: Dit is een gespecialiseerde chatbot die is ontwikkeld voor de geestelijke gezondheidszorg, vooral voor mensen in afgelegen gebieden. De app geeft informatie en tips over hoe men met eenzaamheid en angst kan omgaan en kan dienen als een hulpmiddel voor zelfzorg.
  2. Sociale robots

    Naast chatbots op een smartphone zijn er ook fysieke robots die zijn ontworpen om gezelschap te bieden. Deze robots zijn vaak bedoeld voor ouderen of mensen met een beperking. Ze kunnen reageren op aanrakingen, stemmen herkennen en eenvoudige gesprekken voeren. Voorbeelden hiervan zijn robothuisdieren (zoals robotkatten en -honden) die kunnen bijdragen aan het verminderen van stress en angst.

  3. Digitale platforms en apps

    Sommige apps gebruiken AI om mensen met elkaar in contact te brengen op basis van gedeelde interesses of locaties. Hoewel ze niet direct een ‘AI-metgezel’ bieden, helpt de AI met het vinden van gelijkgestemden om zo de drempel voor sociale interactie te verlagen.

Belangrijke overwegingen

Onderzoek toont aan dat AI-toepassingen de eenzaamheid kunnen verminderen, maar ze worden gezien als een aanvullend hulpmiddel, niet als een vervanging voor menselijk contact. Ze kunnen helpen om sociale vaardigheden te oefenen en een eerste stap te zetten naar meer contact in de echte wereld. Echter, er zijn ook risico’s, zoals het gevaar dat mensen te afhankelijk worden van de AI en zich verder isoleren van de echte wereld.

De wereld van aanpak van eenzaamheid in Nederland

Het overheidsprogramma een tegen eenzaamheid loopt ten einde. Een tegen eenzaamheid wordt voortgezet door de aangesloten organisaties. Het ministerie van VWS blijft wel betrokken bij de voorlichtingscampagne en de uitvoering van de week tegen eenzaamheid.

Voor de inhoudelijke voortgang zijn werkgroepen opgezet. De gedachte is ongeveer 6 deelnemende organisaties per werkgroep, Deze komen 6 keer per jaar bijeen. Elk jaar wordt de samenstelling gewisseld.

De website blijft ook bestaan. Men wil de interventies uitbreiden en er is een trend naar het loslaten van de bewezen interventies.

De wetenschappelijke adviesraad heeft advies uitgebracht aan de staatsecretais. Onderstaand een samenvatting van ons en het gehele document. Dit is echt belangrijk om te weten.

Samenvatting

Download de samenvatting

Het volledige document

Download het volledig document

Vers van de pers is deze uitgave van Movisie. Belangrijk om kennis van te nemen.

Download hier

Geldstromen

In 2025 was iedereen beducht voor het Ravijn jaar. Alle gemeenten zouden gekort worden. Inmiddels zijn zaken weer veranderd. Wat eenzaamheid kost en waar middelen precies vandaan komen. Hoe verantwoording afgelegd wordt over de besteding, het blijft een onderwerp wat goed zou zijn om eens helemaal in te duiken.

In ieder geval lees je hier meer over de beschikbare middelen voor de komende jaren.

Community building en community care

Deze termen hoor je veel als het gaat om eenzaamheid aanpakken. We zien een duidelijke stroming op gang komen. Deze meent dat de zelfredzaamheid wordt overschat en dat we weer meer moeten inzetten op aandacht voor en ondersteuning bij contact.

We schreven een artikel dat na 28 november geplaatst wordt. Dit ivm een werkvorm. De eerste bijscholingsgroep heeft het artikel op papier.

Onderwerp gesprekstechnieken

Ook dit jaar besteden we aandacht aan gesprekstechnieken. We bespreken ze en oefenen. De uitwerking van deze technieken vind je onder Creatief Leven, gesprekstechnieken.

  1. Kalibreren
    Kalibreren is met volle aandacht luisteren én kijken, zonder te oordelen — zodat je nog beter rapport kunt maken. 
  2. Waarnemingsposities
    Waarnemingsposities is een techniek waarmee je vanuit verschillende posities naar een situatie kijkt om daarmee meer flexibiliteit, meer ruimte in je denken, voelen en handelen te creëren. 
  3. Het Verenigd Veld
    Het verenigd veld combineert de logische niveaus van Bateson met waarnemingsposities en tijdlijn. Het geeft je een prachtig kader om te volgen waar je cliënt of deelnemer is en bewuster stappen te zetten. Een mooie aanvulling op de technieken die je al kent.

Nieuws over Faktor5

We hebben de belangrijkste ontwikkelingen besproken. Volg de nieuwsbrieven voor updates.